Een inkijk in de nepnieuws business

Afbeelding

Tim Verheyden is voor velen geen onbekende. Als VRT-journalist bracht hij in september 2018 de spraakmakende Pano-reportage Wie zijn Schild & Vrienden echt? De laatste jaren maakte hij meerdere documentaires met als rode draad de impact van sociale media. Begin 2019 had je de reeks Facebook en ik en in maart 2021 Privacy en ik. In 2022 bracht hij de docureeks Fake news en ik uit. En ook zijn boek Het had waar kunnen zijn, waar we een skeptische blik op werpen.

Geplaatst onder
Deel artikel TwitterFacebookLinkedinWhatsapp

Op een warme woensdagavond in juni vorig jaar mijmerde Tim Verheyden tijdens zijn boekvoorstelling even over een vraag die hem was toegeworpen: “Kan iemand die de coronacomplotten de laatste jaren wat volgde, nog iets leren uit je boek?” Verheydens verrassende antwoord luidde: “Wellicht niet.” 

Een tikkeltje frustrerend om te horen wanneer je daar staat met je vers gekochte exemplaar in de hand. Vreemd genoeg zorgde die uitspraak er net voor dat ik stiekem toch met enige verwachtingen aan het boek begon. Die gedachte bleef in mijn hoofd rondspoken bij het lezen. Gaandeweg stelde ik echter vast dat dit helemaal niet bleek te kloppen. Toegegeven, vele herkenbare zaken passeren de revue, maar het boek bevat toch ook meer dan voldoende elementen die aan mijn aandacht waren ontsnapt. En Verheyden behandelt aspecten die ik niet had vermoed. Hoe verder ik las, des te boeiender het werd.

Het had waar kunnen zijn heeft meerdere troeven, maar wellicht is de leesbaarheid één van de grootste. Gekenmerkt door een eigengereide, maar bedrieglijk eenvoudige stijl, belicht Verheyden in 22 korte hoofdstukken tal van facetten rond het thema desinformatie. Dat maakt het boek toegankelijk voor een zeer groot publiek. Van Jurgen Conings tot de oorlog in Oekraïne combineert hij actualiteit met toelichting van experten, en persoonlijke getuigenissen met meer theoretische bespiegelingen. Dankzij deze piekfijn uitgebalanceerde variatie verduidelijkt hij aan de hand van heel wat authentieke voorbeelden hoe slinks desinformatie werkt, hoe onzichtbaar de invloed ervan is en hoe zorgwekkend diep ze in ons persoonlijk leven binnendringt.

Zonder dat mensen zich ervan bewust zijn, kan een sociaal medium zoals Facebook uitgroeien tot geopolitiek wapen.

Geopolitieke wapens

Zo beschrijft hij hoe Rusland het eens zo vrije internet - wat Russische machthebbers beschouwen als een bedreiging voor hun eigen dictatoriaal regime - transformeert tot een wapen tegen het vrije Westen zélf. En dat Rusland uiteraard niet de enige is die die praktijken aanhangt. Door het wereldwijde web te overspoelen met talloze complotnarratieven raakt de waarheid vertroebeld. Die onzekerheid schept verwarring. Net die verwarring ondermijnt het vertrouwen in wetenschappen, overheid en journalistiek. Zonder dat mensen zich ervan bewust zijn, kan een sociaal medium zoals Facebook - waar we vrienden, familie en oude klasgenoten ontmoeten - op die manier uitgroeien tot geopolitiek wapen. 

Met nepnieuwsfabrieken zoals het Internet Research Agency in Sint-Petersburg interfereren overheden in andere landen zonder dat ze daarvoor de eigen landsgrenzen moeten verlaten. Een internetaansluiting is voldoende. Goedkoop en doeltreffend. 

Ze slagen erin het vrije internet voor hun eigen belangen in te zetten en maken er de achilleshiel van het Westen van. Zo dwingt Rusland het Westen ertoe zijn belofte van een vrij en ongecensureerd internet te breken. Dat is uiteraard koren op de molen van de complotdenker die toch al lang overtuigd was dat de overheid allerlei informatie achterhoudt.

Fake news business

Het boek behandelt heel wat onderliggende aspecten van nepnieuws: de psychologie die erachter schuilt. Verheyden geeft voorbeelden van hoe intelligente mensen toch heel onkritisch kunnen zijn en op welke manier complotdenkers zich immuniseren tegen de weerlegging van hun ideeën. Verheyden haalt ook aan dat bepaalde internetplatformen teren op conflicten en de aanvoer van (nep)nieuws. Dat ze dus niet heel erg geneigd zijn om middelen in te zetten ter bestrijding van dat *fake news* hoeft niet te verbazen. Want aan het bedenken en verspreiden van nepnieuws kan je behoorlijk wat geld kan verdienen. Tot slot gaat hij in op hoe desinformatie kan penetreren tot in de kern van families en ze uit elkaar kan drijven.

In het boek gaat Verheyden ook dieper in op hoe wetenschap werkt. Dat wetenschappers het soms grondig met elkaar oneens kunnen zijn, maar dat dit niet overeenstemt met hoe complotgoeroes en complotverspreiders dat graag voorstellen. 

Verheyden stelt een belangrijke vraag: hoe kunnen we desinformatie indijken zonder aan het doel voorbij te schieten? Hoe moet de media gaan omspringen met pseudowetenschappers? Hij erkent dat complottheorieën terechte bezorgdheden capteren, maar ook dat de stem van onbehagen en onvrede helaas vaak door (uiterst-)rechts wordt gekaapt.

Nuanceren in tijden van desinformatie 

Het boek raakt tevens enkele nuances aan die voor velen niet evident blijken. Je kan bijvoorbeeld in het Russisch-Oekraïens conflict aan de kant van Oekraïne staan en ook je bedenkingen hebben bij de Oekraïense samenwerking met het openlijk neonazistische Azovbataljon (een Oekraïense extreemrechts georiënteerde militie red.).

Of dat je kritisch kan zijn ten opzichte van Big Pharma en toch niet in de val trapt van complotdenken over de farmaceutische industrie. Dat je vertrouwen kunt hebben in vaccinatie enerzijds en anderzijds heel afwijzend kunt staan tegenover de politieke beslissingen rond het Covid Safe Ticket. 

Het boek neemt een voor skeptici heerlijk stevig, ondubbelzinnig standpunt in tegenover pseudowetenschappen, kwakzalvers en alternatieve geneeswijzen.

Wie herinnert zich nog Sam Brokken? De Belgische kinesist en voormalig lector gezondheidswetenschappen aan Hogeschool PXL kwam in opspraak nadat hij bedenkelijke uitspraken deed over het vaccinatiebeleid in VRT-programma De Zevende Dag. Zijn discours bestond niet uit pure en onversneden onzin. Zijn bedenkingen over welzijn kan je interessant noemen. Toch klopt het totale beeld dat hij met zijn betoog schept wetenschappelijk gewoonweg niet. Net omdat hij bij het onderbouwen van zijn activisme helaas niet erg dicht bij de feiten bleef. 

Verheyden neemt in zijn boek een voor skeptici heerlijk stevig, ondubbelzinnig standpunt in opzichte van onzin, pseudowetenschappen, kwakzalvers en allerlei alternatieve geneeswijzen. Dat kan natuurlijk de aanhangers ervan de gordijnen injagen in plaats van hen naar wetenschappelijke studies te doen grijpen, maar hij doet het wél met het grootste respect. Via een genuanceerd verhaal dat de bezorgdheden van mensen niet bagatelliseert, benadert hij mensen met complotovertuigingen begripvol, met eerbied, zonder een greintje spot of ironische ondertoon en verliest daarbij toch de kritische zin niet uit het oog. Praat met elkaar, maar durf bullshit te benoemen! En dat doet hij consequent. 

Kritische reflecteren

Naar het einde toe onderneemt Tim Verheyden een moedige poging tot mediakritiek, zeg maar zelfkritiek. Weet je als journalist wel voldoende waar mensen mee bezig zijn? Zijn factchecks eigenlijk nuttig? We streven als journalist naar correcte berichtgeving, maar volstaat dat? Die verfrissende insteek houdt het boek tot op het eind boeiend. 

Toch bevat het ook enkele onzorgvuldigheden die hadden vermeden kunnen worden als enkele experten het boek hadden nagelezen. Als skepticus kan ik het dus niet laten enkele zaken kritisch te duiden.

In het hoofdstuk ‘Het nieuwe complotdenken’ zegt Verheyden dat de invulling van complotdenken fundamenteel veranderd is. Vroeger zocht de complotdenker nog als een detective naar bewijzen en schuldigen om zijn complotovertuiging te onderbouwen, nu geldt enkel de herhaling en de echo van de verdachtmaking. Een complottheorie zonder de theorie, zo je wil. 

Dat is inderdaad wat Muirhead en Rosenblum betogen in hun boek A Lot of People Are Saying. The New Conspiracism and the Assault on Democracy (2019). Dat klopt echter niet. Het klassieke complotdenken blijft nog steeds ruimschoots in de meerderheid. De invulling is zeer weinig veranderd – en zeker niet fundamenteel. Er is slechts één facet dat belangrijker werd. We hebben dus niet echt te maken met een nieuw fenomeen, want alle beschreven technieken maakten al deel uit van het klassieke complotdenken. Complotdenkers strooien doorgaans nog altijd kwistig wetenschappelijke studies in het rond waarvan ze de inhoud uit hun context rukken, verkeerd interpreteren en uitschieters en uitzonderingen voorstellen als de algemene trend. Ze zoeken nog steeds verantwoordelijken en schuldigen. Klaus Schwab, Bill Gates, George Soros, Marc Van Ranst en het WHO blijven geliefde targets van complotbeschuldigingen. 

Complotdenkers strooien nog altijd kwistig wetenschappelijke studies in het rond waarvan ze de inhoud uit hun context rukken.

Trumpiaanse onzin

Een tweede voorbeeld vinden we op bladzijde 22. Daar beschrijft Verheyden Donald Trump tijdens de presidentsverkiezingen van 2016: ‘Als kandidaat verspreidde hij zelf overigens (nog) geen fake news: hij bespeelde vooral heel goed zijn publiek, onder andere door gericht te adverteren op Facebook.’ Klopt dit? Mij verwonderde deze uitspraak. 

Trump ventileert immers al vele jaren allerlei complotnonsens. Denk maar aan de kwestie rond het geboortecertificaat van president Obama, waardoor hij zich in 2011 tot het kamp van de birthers1 bekende. In 2012 tweette hij al dat de antropogene versnelde klimaatopwarming een Chinese hoax was om de Amerikaanse economie te verzwakken. 

Of wat dacht je van zijn verklaringen dat lid van het Amerikaanse Hooggerechtshof, Antonin Scalia, in verdachte omstandigheden was overleden2; dat vaccins autisme veroorzaken3; dat op 11 september 2001 duizenden moslims juichten4 en dat president Obama Al Qaida en ISIS steunde. Hij beweerde ook dat de vader van Amerikaans republikeins senator Ted Cruz betrokken was bij de moord op JFK en dat oud-president Bill Clinton verantwoordelijk zou zijn voor de zelfmoord van een aantal mensen en de moord op tientallen anderen5. Ook maakte hij ook Syrische vluchtelingen verdacht, als zouden ze door ISIS ingezet worden om een militaire aanval op de VS uit te voeren6. Enzoverder enzovoorts. 

Dat zijn allemaal uitspraken uit de periode vóór Trumps presidentschap. Hij hing toen overduidelijk al aan elkaar van de complotonzin. Vallen al die complotverdachtmakingen dan niet onder fake news volgens Verheyden? In 2015 vond factcheck.org dat Trump de kroon spande voor het uiten van valse en bedrieglijke beweringen7fake news toch? Ook The Los Angeles Times schreef in september 2015 al dat geen enkele presidentskandidaat zo routineus makkelijk te weerleggen onzin spuide. De man was gewoon ongeëvenaard. 

Waakzaamheid aanscherpen

Een derde en laatste voorbeeld. Op pagina 89 haalt Tim Verheyden heel even de uitermate pessimistische, op enkele vlakken zelfs wetenschappelijk weinig onderbouwde en ongenuanceerde Netflixdocumentaire The Social Dilemma uit 2020 aan. Verheyden laat terecht communicatiewetenschapper Nathalie van Raemdonck aan het woord die de documentaire over de negatieve impact van sociale media, weliswaar bondig, op één punt nuanceert. 

Afbeelding

Beter was geweest de documentaires eenzijdige benadering grondig te corrigeren en zo tot een meer realistisch en optimistisch beeld te komen. Hij had van de gelegenheid gebruik kunnen maken om van zijn geïnteresseerde lezer een kritische kijker te maken. Helaas laat Verheyden die kans liggen – al begrijp ik dat je niet alles kan behandelen in één boek. Keuzes moet je nu eenmaal maken, maar dan was het wellicht beter geweest om The Social Dilemma helemaal niet te vermelden.

Laat deze punten van kritiek vooral niemand tegenhouden om dit boek onverwijld aan te schaffen. Op een aantal schoonheidsfoutjes na kan men met dit boek de weerbaarheid tegen onzin opkrikken en de zin voor nuance aanscherpen. Want Verheyden roept op tot waakzaamheid wanneer je je op sociale media begeeft. Aan de hand van concrete tips en inzichten in de werking van zowel desinformatie als van ons brein probeert hij die waakzaamheid ook te aan te scherpen. Hier geen vage waarschuwingen voor de slinkse gevaren van nepnieuws. Verheyden beheerst bovendien de kunst om zo’n gelaagd onderwerp op veelzijdige wijze te brengen, en dat zonder één stilistische hapering. 

Puik werk!

Titel: Het had waar kunnen zijn
Ondertitel: Op zoek naar de impact van desinformatie en fake news
Auteur: Tim Verheyden
Uitgever: Pelckmans (2022)

 

Brecht Decoene is moraalwetenschapper, leraar Moraal en bestuurslid van SKEPP. Zijn voornaamste interesse gaat uit naar de diverse aspecten van kritisch versus complotdenken. Hij geeft regelmatig lezingen voor een breed publiek. Van tijd tot tijd schrijft hij opiniestukken voor Knack.be, Liberales, De Standaard en De Wereld Morgen.

 

Voetnoten

1. https://abcnews.go.com/Politics/donald-trumps-history-raising-birther-questions-president-obama/story?id=33861832

2. https://edition.cnn.com/2016/02/24/politics/antonin-scalia-body-found-presidio-sheriff/

3. https://www.washingtonpost.com/news/to-your-health/wp/2015/09/17/the-origins-of-donald-trumps-autismvaccine-theory-and-how-it-was-completely-debunked-eons-ago/

4. https://abcnews.go.com/Politics/donald-trump-cheering-jersey-911/story?id=35355447

5. https://www.washingtonpost.com/politics/trump-escalates-attack-on-bill-clinton/2016/05/23/ed109acc-2100-11e6-8690-f14ca9de2972_story.html

6. https://www.businessinsider.com/donald-trump-syrian-refugees-isis-migrants-trojan-horse?international=true&r=US&IR=T

7. https://www.factcheck.org/2015/12/the-king-of-whoppers-donald-trump/