Nu moeten we daar wel meteen bij vertellen dat het onderzoek van de Amerikanen voor een deel is betaald door de industrie, meer in het bijzonder door de Titanium Dioxide Manufacturers Association en de International Association of Color Manufacturers. Die zien de bui al hangen, want het aanstaande verbod heeft veel verder strekkende implicaties dan alleen Frankrijk.
Zo dringt de Franse overheid er bij de Europese voedselwaakhond EFSA op aan om zijn oordeel dat E171 veilig gebruikt kan worden, te herzien. In aanloop naar het verbod heeft een aantal in Nederland gevestigde bedrijven, zoals Remia, Mora, Mars, Goodbite en Haribo besloten om te stoppen met het gebruik van E171 in hun producten. Ze deden dat op advies van het BuRO, het bureau voor risico-onderzoek van de NVWA, Nederlandse Voedselen Waren Autoriteit.
Water met zand
Misschien dat de minister eens moet kijken hoe het kan dat de ene voedselautoriteit (de Europese) iets anders zegt dat de andere (de Nederlandse), maar daar gaat het hier niet over. Hoewel de industrie eraan heeft meebetaald, ziet het onderzoek van Kaminski en zijn collega’s van de Universiteiten van Michigan en Nebraska er behoorlijk grondig uit.
De onderzoekers stelden ratten bloot aan diverse doses titaanwit voor een periode van 7 en van 100 dagen, net als in het eerdere onderzoek van de Universiteit van Toulouse (Frankrijk). Vervolgens hebben ze gekeken naar het effect van eventuele nanodeeltjes titaanwit op immuuncellen, zenuwcellen en op het ontstaan van laesies in dunne en dikke darm, die gelden als voorloper van kanker.
Anders dan de Franse onderzoekers vonden de Amerikanen geen effect van de blootstelling van ratten aan titaanwit op het immuunsysteem, het zenuwstelsel en op het ontstaan van (voorstadia van) kanker. Het grote verschil was de wijze van toedienen, vertelt onderzoeker Kaminski. In het Franse onderzoek werd titaanwit toegediend met drinkwater van de ratten. Omdat het spul niet oplost in water, maar klontert, werd het gesuspendeerd met behulp van geluidsgolven. „Volstrekt niet relevant”, aldus Kaminski in een persbericht van de universiteit. „Het is alsof je water met zand drinkt.
Laesies
Een andere onvolkomenheid in de Franse studie is dat de ratten werden voorbehandeld met dimethylhydrazine (DMH) voordat ze werden blootgesteld aan E171. DMH is een sterk genotoxisch middel dat in het lab gebruikt wordt om ratten gevoeliger te maken voor darmkanker. Volgens Kaminski hebben de Franse onderzoekers verzuimd om na te gaan wat het effect van DMH is zonder toediening van E171. Als ze dat wel hadden gedaan, dan hadden ze gezien dat die laesies en ontstekingsreacties waarschijnlijk door DMH worden veroorzaakt.
Een kanttekening hierbij is dat de Franse onderzoekers wel hebben gekeken naar het effect van E171 zonder voorafgaande toediening van DMH, maar dat is inderdaad niet hetzelfde als een vergelijking tussen een groep ratten die wel aan DMH is blootgesteld en een controlegroep. Daaruit zou wel blijken dat E171 op zichzelf al in staat is om laesies te vormen, maar het bewijs is mager, ook al gezien de geringe omvang van de groep.
Logica van de angst
Volgens de Amerikaanse onderzoekers is een verbod op het gebruik van E171 in voedingsmiddelen dus rijkelijk voorbarig. Vanuit wetenschappelijk perspectief is dat begrijpelijk. Het bewijs van een mogelijk effect op het immuunsysteem dan wel de vorming van kankercellen is tamelijk dun, zeker als je rekening houdt met de bescheiden hoeveelheden en de manier waarop we die tot ons nemen.
In de Europese Unie gaat het echter niet alleen om wetenschappelijk bewijs; er geldt ook een voorzorgsbeginsel. Wat we al vaker gezien hebben, is dat in dat geval het hele concept van evidence-based beleid overboord gaat en wordt ingeruild door wat David Zaruk ‘The Logic of Fear’ noemt en daarmee een speelbal voor opportunistische actiegroepen en politici. Dat doet het ergste vrezen voor al die andere additieven die in de voedingsmiddelenindustrie worden gebruikt.
Dit artikel volgt op een bijdrage in het herfstnummer van Wonder en is gheen wonder 2019 en verscheen eerder op vork.org.