Dat hij zijn geslacht mocht vastpakken. En dat zij dat later bij hem ook weleens zou doen. Het is maar één van de bizarre adviezen die VRT-reporter Peter Brems kreeg toen hij met een verborgen camera onderdook in de wereld van de mindfulness. Uit zijn reportage, die u vanavond kunt zien in Panorama, blijkt dat een aantal charlatans de mindfulness-hype gebruikt om mensen te misleiden.
‘Daar schrik ik helemaal niet van’, zegt psycholoog Björn Prins, die verbonden is aan het Institute for Training of Attention and Mindfulness. ‘Het tegendeel had mij verbaasd. Mindfulness ligt vandaag bijzonder goed in de markt, en dan krijg je misbruiken. Mensen die zich vroeger quantumhealer noemden, noemen zich nu mindfulnesstherapeut.’ Prins werkt aan de Universiteit Gent aan een doctoraat over de populaire meditatiemethode. ‘Het is een mooie techniek’, zegt hij. ‘Maar tegenwoordig wordt er van alles bijgesleurd wat er niets mee te maken heeft. Al kennen we die wanpraktijken natuurlijk allang in de wereld van de psychotherapie.’
Ook dokter David Dewulf, verbonden aan het UZ Gent, stichter van het Instituut voor Aandacht en Mindfulness en auteur van twaalf boeken over het onderwerp, schrikt niet van de verhalen over misbruik. ‘Ik vermoed dat momenteel ongeveer tweehonderd mensen zich aanbieden als mindfulnesstrainer. De helft daarvan is gekwalificeerd. Het is niet omdat je een training van twee maanden hebt gevolgd, dat je zelf trainingen kunt geven.’
Geen grote geluksbrenger
‘De media zouden ook zorgvuldiger mogen zijn in hun berichtgeving’, vindt Dewulf. ‘Het klopt dat van bepaalde mindfulnessprogramma’s wetenschappelijk is aangetoond dat ze werken. Maar dat geldt niet voor élke vorm van meditatie. Er bestaat een programma van acht weken, de zogenaamde Mindfulness Based Cognitive Therapy (MBCT), dat helpt bij mensen die al een of meerdere depressieve episodes hebben gehad. Dat is een bewezen vorm van terugvalpreventie en dé reden waarom mindfulness zo beroemd is geworden, waarom de meditatietechniek aan universiteiten wordt bestudeerd.’
Maar het helpt niet altijd, en zeker niet bij iedereen, weet ook Prins, van wie deze week een boek verschijnt (‘Mindfulness is goed voor alles’) waarin hij een aantal mythes sloopt. ‘Mindfulness is niet de grote geluksbrenger die men er vandaag van wil maken. Het kan je helpen om te leren omgaan met de ups en downs van het leven, maar het laat je problemen niet verdwijnen. Een ander groot misverstand is dat mindfulness je kan helpen om dingen los te laten. Dat kan een neveneffect zijn, maar het is zeker niet de bedoeling. Door te mediteren leer je om aanwezig te zijn in het hier en nu, en met een open aandacht te kijken naar datgene wat zich voordoet. Dat impliceert dat je ook de negatieve dingen in je leven leert aanvaarden, en niet probeert weg te duwen.’
Flauwekul en beunhazerij
Edel Maex, die als psychiater in het Antwerpse Middelheimziekenhuis bijna twintig jaar geleden de grote pionier in Vlaanderen was, ziet de actuele ontwikkelingen met lede ogen aan. ‘Als ik vandaag geneeskunde zou studeren, dan zou ik een grote tegenstander van mindfulness zijn’, zegt hij. ‘Ik heb de voorbije jaren ook verschillende keren zin gehad om ermee te stoppen. Er is te veel beunhazerij in de sector, er wordt te veel flauwekul verkocht. En dan heb ik het niet alleen over de uitwassen en de echte charlatans. Ik denk eerlijk gezegd dat er in Vlaanderen maar een handvol mensen écht gekwalificeerd is.’
Maex liet zich destijds inspireren door de Amerikaanse arts Jon Kabat-Zinn, die boeddhistische meditatie in een medische context introduceerde. ‘Kabat-Zinn was toegankelijk zonder oppervlakkig te worden’, zegt Maex. ‘Wat ik vandaag zie gebeuren, is vaak wél zeer oppervlakkig. Trainers zonder degelijke medische of psychologische achtergrond zijn in staat om patiënten echt te mismeesteren. Men belooft mensen met lichamelijke of psychische klachten een soort instanthappiness. En dat klinkt nobel, maar soms doet het meer kwaad dan goed. Dat geldt voor de hele geluksbusiness. Mensen met problemen die echt denken dat ze met een paar beurten mindfulness geholpen kunnen worden, blijven na afloop soms nog ongelukkiger achter.’
‘Dat klopt’, beaamt Prins. ‘Hou er ook rekening mee dat bij dertig procent van de mensen die een depressie hebben gehad, mindfulness níét werkt als terugvalpreventie. Informeer je dus goed voor je begint. En vergewis je ervan dat de persoon die de training geeft een degelijke opleiding heeft genoten. Het is niet omdat je een training van twee maanden hebt gevolgd, dat je zelf trainingen kunt geven.’ De titel mindfulnesstrainer wettelijk beschermen lijkt Prins dan weer te hoog gegrepen. ‘Dat zou natuurlijk mooi zijn, maar ik maak me geen illusies. We slagen er in dit land zelfs niet in om de titel van psychotherapeut wettelijk te beschermen.’
Van onze redacteur Joël De Ceulaer