Uitspraak Cassatie: kwakzalver mag kwakzalver genoemd worden.

Afbeelding
placeholder

Op 12 januari heeft het Hof van Cassatie de veroordeling van SKEPP in de zaak Gorter vernietigd. Een belangrijke stap in een lange procedure, die de skeptici grote hoop geeft. Immers, volgens het hoogste rechtscollege mocht SKEPP de omstreden Nederlandse arts Robert Gorter op zijn website wel degelijk een kwakzalver noemen, omdat er uit de context van de tekst duidelijk blijkt wat er met kwakzalver wordt bedoeld. 

Deel artikel TwitterFacebookLinkedinWhatsapp

Waar ging het om? Gorter stapte enkele jaren geleden naar de rechter omdat SKEPP een artikel van Wim Betz en Luc Bonneux op zijn website had gezet waarin Gorters onbewezen kankertherapie als onzinnig en gevaarlijk werd bestempeld. Volgens Gorter tastte de tekst zijn eer en goede naam aan. Hij eiste dat het artikel van de website zou worden gehaald en vorderde een fikse schadevergoeding.

In eerste aanleg stelde de rechtbank SKEPP en de auteurs van het artikel over de hele lijn in het gelijk, omwille van de vrijheid van meningsuiting. Gorter ging echter in beroep. In 2010 velde het Antwerpse Hof van Beroep een arrest waarbij de meeste eisen van Gorter werden verworpen, maar hij toch enigszins gelijk kreeg. Het artikel bestempelde Gorter als ‘kwakzalver’ en ‘hooggeschoolde kwak’ en volgens het Hof was dit onnodig kwetsend. Dit woordgebruik roept volgens het Hof een ‘onmiskenbare connotatie met oplichterij en bedriegerij op’.  Dat mocht niet, omdat volgens het Hof niet was aangetoond dat Gorter zijn patiënten bedroog. Nog steeds volgens het Hof van Beroep wordt de benaming ‘kwakzalver’ ook gebruikt voor het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunde, terwijl Gorter wel een bevoegd arts is. Bovendien oordeelde het dat Gorter toch een zekere respectabiliteit geniet omdat hij erkend is als dokter in de ‘natuurgeneeskunde’ en doceerde aan ‘diverse universiteiten’ (ook al had SKEPP aangetoond dat het om niet erkende diploma’s ging).

Het Antwerpse Hof van Beroep veroordeelde daarom SKEPP en de beide auteurs tot één euro morele schadevergoeding en de kosten van het geding. Het artikel zelf mocht op de website blijven staan, maar de als kwetsend beschouwde passages (waar dus woorden als ‘kwak’ en ‘kwakzalver’ in voorkwamen) moesten eruit verdwijnen.

Hoewel het arrest mild was vergeleken met de eisen van Gorter, besloot SKEPP toch in cassatie te gaan. Het arrest betekende immers dat men beoefenaars van geneeswijzen die op een of andere wijze een respectabele indruk maken, geen kwakzalver meer mag noemen als ze een diploma van arts hebben,  terwijl het artikel precies tot doel had om aan te tonen dat er zoiets als ‘kwakzalvers met een wetenschappelijk aureool’ bestaat. De auteurs hadden in hun artikel uitdrukkelijk een strikte definitie van het begrip kwakzalverij gehanteerd: ‘het regelmatig verkopen of aanbevelen van producten waarvan de werking niet bewezen is’. Het Hof van Beroep beriep zich echter op de ruimere, figuurlijke betekenis van het woord als onder meer ‘oplichter’ en onbevoegd beoefenaar van de geneeskunst.

Het Hof van Cassatie wijst nu op de verplichting van de rechter om bij zijn beoordeling rekening te houden met de context waarin de mening is geuit. Als bewoordingen meerdere betekenissen kunnen hebben, moet de rechter die betekenis in aanmerking nemen ‘die volgt uit de inhoud en de context van de publicatie en waaromtrent diegene die aan de hand van deze publicatie een maatschappelijk debat wil aangaan, geen onduidelijkheid laat bestaan’. 

Een kwakzalver mag dus een kwakzalver worden genoemd, als je duidelijk uitlegt wat je ermee bedoelt. Bovendien, zo zegt het hoogste gerechtshof, tonen de auteurs ondubbelzinnig aan dat Gorter ‘gedreven door geldgewin het niet nauw neemt met het al dan niet voorhanden zijn van een wetenschappelijk bewijs voor de werking van de aangeboden therapieën’. Het Hof van Beroep had er bezwaar tegen dat het artikel niet aantoonde dat Gorter ervan overtuigd was dat zijn geneeswijzen waardeloos zijn  (in dat geval zou hij dus een bedrieger zijn). Maar dat is volgens Cassatie niet nodig. 

Daarom vindt het Hof van Cassatie de veroordeling onvoldoende gemotiveerd. Aan de vrijheid van meningsuiting mag immers maar in zeer beperkte omstandigheden worden geraakt. De bekende mediajurist Dirk Voorhoof had eerder al kritiek geuit op de veroordeling in beroep. Hij vond  het hoogst onwenselijk dat sommige rechtscolleges te soepel bereid zijn om online publicaties te ‘censureren’.

Gorter zal nu moeten uitmaken of hij het geding tegen SKEPP wil verderzetten. In dat geval wordt de zaak opnieuw ten gronde behandeld door het Brusselse Hof van Beroep. Maar hoe dan ook zal deze uitspraak in cassatie blijven doorwegen. Het hoogste rechtscollege van dit land heeft duidelijk laten weten dat gefundeerde kritiek op het internet ook door de vrijheid van meningsuiting wordt beschermd. Een uitspraak die verder reikt dan louter dit ene geschil. 

 

Tim Trachet is journalist en stichtend lid/erevoorzitter van SKEPP.