Kwakzalvers zonder grenzen

Afbeelding
Image by TF3000 from Pixabay

Op 15 en 16 januari 2013 wandelde homeopate Anne Vervarcke van Knokke naar Oostende, dit ten voordele van “Homeopathy for Health in Africa”. Dit is een non-profitorganisatie met als missie: (ik vertaal) “het lijden van HIV-AIDS te verlichten met klassieke homeopathie” en “om de homeopathische geneesmiddelen meest succesvol in de behandeling van HIV-AIDS te identificeren”. Naast de eigen tovenaars en charlatans, moeten we Afrikanen nu blijkbaar ook plezieren met de Europese kwakzalverijen.

Geplaatst onder
Deel artikel TwitterFacebookLinkedinWhatsapp

Een ander Nederlandse initiatief is ‘Homeopaten zonder Grenzen’, een bende die meelift op het succes van Artsen zonder Grenzen om de kwakzalverij te promoten bij ongeschoolde Afrikaanse dorpelingen. Het ontgaat de nuttige idioten van de antiwetenschappelijke natuurideologie dat Big Homeopathy een industrie is met een miljardenomzet. Waar Big Pharma van zeer nabij in het oog wordt gehouden, heeft Big Homeo door sluwe lobbying steeds weer uitzonderingen op de strenge farmaceutische wetgeving weten te bedingen. Nu door het succes van de evidence-based medicine de druk wordt opgevoerd om Big Homeo te behandelen als een normaal bedrijf en het consumentenbedrog niet langer te tolereren, vluchten ze, net als de tabaksindustrie, naar ontwikkelingslanden om er langer te kunnen profiteren van een zwakke wetgeving en arme, ongeschoolde Afrikanen. 

Homeopathie stamt uit de negentiende eeuw. De homeopathie had toen het voordeel dat het een ongevaarlijk placebo was, wat van de toenmalige medische praktijk niet kon worden gezegd. In de twintigste eeuw nam de reguliere geneeskunde echter een grote vlucht. De homeopathie werd een wegkwijnende tak van de alternatieve geneeskunde. Maar een deel van de naoorlogse babyboom nam een romantische antiwetenschappelijke natuurideologie aan. In een maatschappij die de natuur succesvol had uitgebannen, werd het gemakkelijk vergeten dat in natuurlijke omstandigheden één kind op twee sterft, en één vrouw op acht overlijdt door zwangerschap en bevalling. De natuur is geen lieve moeder, maar een amorele moordenaar. Hoewel deze babyboomers lang konden studeren, bleven ze in een soort eeuwigdurende puberteit ieder zot idee omarmen, als het maar werd verkocht met deze antiwetenschappelijke natuurideologie als discours. In een tijd die in toenemende mate dreef op perceptie, ontstond zo een gouden opportuniteit voor homeopathie, een geneeswijze die louter perceptie is. Er vielen gouden bergen te verdienen aan de verkoop van water en alcohol met een duur etiket. 

Hoewel de evidence-based medicine onverdroten heeft gedocumenteerd dat homeopathie niet werkt, moet ik als rechtzinnig ‘popperiaans’ epidemioloog toch vermelden dat dit onderzoek regelrecht onethisch was en een feitelijke overtreding van de principes van de evidence-based medicine. Evidence-based medicine beantwoordt drie vragen: Kan het werken in theorie? Werkt het in de praktijk? En is het de moeite waard? Als de eerste vraag negatief is, kom je op ethisch glad ijs. Er wordt immers goed geld besteed aan nonsens: dat had ook kunnen worden besteed aan belangrijk onderzoek. Om maar wat te vermelden: we weten wanneer we behandelingen moeten beginnen, maar niet wanneer we ze moeten stoppen. In de ouderengeneeskunde krijgen hoogbejaarden een bak ‘preventieve medicatie’ toegediend. Gezien de kansen op ernstige bijwerkingen toenemen met de leeftijd, wordt dergelijke preventieve medicatie schadelijker bij hoogbejaarden.  Preventieve aspirine veroorzaakt meer bloedingen bij hoogbejaarden, cholesterolverlagende statines beschadigen de spierfunctie, spierverlies is een groot probleem bij hoogbejaarden. Maar bewijs maar eens wanneer de schade groter wordt dan de baten. Big Pharma gaat dergelijk onderzoek niet financieren (ze zouden wel gek zijn), de staat heeft er geen geld voor. Niemand durft het toedienen van deze pillen een halt toe te roepen, want er zou maar eens iemand van moeten sterven (bij negentig-plussers nochtans geen zeldzaam gebeuren). Het steekt dan als je zo ontzaglijk veel geld ziet verdwijnen in de bodemloze putten van de perceptie. Ten tweede worden mensen behandeld met onzinnige therapieën, er is daarover in de wetenschappelijke gemeenschap geen zweem van twijfel. Zelf heb ik in 2005 zelfmoord proberen plegen door een flesje arsenicum C30 te legen (gekocht aan de toenmalige kostprijs van 6,30 euro in een normale apotheek, helaas.). Ik was er gerust in. C30 is een verdunning van zestig nullen, volgens Wikipedia bevat de aarde een vijftig nullen aan moleculen. Een miljard planeten van de omvang van de aarde bevat dus niet één molecule, aan deze verdunning. Wie de theorie over ‘potentiërin’ door verdunning wil verdedigen, moet uitleggen waarom de onvermijdelijke onzuiverheden in de oplosmiddelen niet worden mee ‘gepotentieerd’. Er is uiteraard nog nooit iemand in geslaagd om – op reproduceerbare wijze - enig verschil aan te tonen tussen het oplosmiddel en het homeopathische medicijn. Deze onderzoeker zou zeker drie Nobelprijzen binnenhalen: die van scheikunde, natuurkunde en geneeskunde. Alles wat we denken te weten over de aard van materie wordt immers in één klap op losse schroeven gezet. 

In België behandelen homeopaten voornamelijk ingebeelde ziekten met een ongevaarlijk placebo. Dat wordt anders in de tropen. Googelend op een combinatie van malaria en homeopathie geloof je je ogen niet. Je vindt snel ‘een homeopathisch alternatief’ voor ‘een chemisch malariaprofylacticum’. Een aanval van Plasmodium falciparum doodt één procent van de gezonde volwassenen, heel wat meer bij jonge kinderen of zwangere vrouwen. Het enige succes van homeopathische preventie ligt in het feit dat de malaria-infectiedruk bij gewone toeristen, verblijvend in het gemiddelde vakantieoord, laag is (helaas wordt hier weer veel geld verdiend aan nutteloze preventie). Wie naar gebieden met hoge infectiedruk trekt met deze homeopathische profylaxe, speelt echter met zijn leven. 

Het kan erger. Homeopaten zonder Grenzen (HzG) is een vereniging -erkend als goed doel- die meesurft op het succes van de gelijknamige artsen. Na slavenhalers, kolonialen en wapenhandelaars sturen we Afrika nu kwakzalvers. Ze leiden mensen op tot homeopathische dorpsgezondheidshelper. In een jaarverslag staat ‘als afsluiting kreeg iedereen (150 cursisten) zijn eigen doosje met homeopathische medicijnen en konden ze … in hun eigen dorp aan de slag, te beginnen met het behandelen van ongelukken, brandwonden en koortsen.’ Koortsen in die streken zijn niet de goedaardige verkoudheden van Steinerschoolkindjes, wiens energiebalans moet worden hersteld met Arnica Idiotica. Het zijn, in volgorde van voorkomen, longontsteking, malaria, meningococcenmeningitis en, indien chronisch, tuberculose. Alle zijn dodelijk of leidend tot zware handicap, en zijn door tijdig behandelen met de juiste geneesmiddelen te genezen. Iedere andere behandeling is uitstel, en dus misdadig. Door de open keukenvuren en de vuren op de grond zijn ook brandwonden in Afrika een veel groter probleem dan bij ons. Ze vormen een grote bedreiging voor jonge kinderen – zij zijn de eerste slachtoffertjes. In het hete klimaat, ofwel erg stoffig ofwel erg vochtig, lopen mensen met brandwonden een nóg veel groter risico op dodelijke of mutilerende infecties dan hier.

Het opleiden van dorpsgezondheidshelpers is een van die vele medische ontwikkelingshulpideeën die (vaak) op een regelrechte ramp zijn uitgedraaid. Deze helpers zijn zeer kwetsbaar voor ‘protoprofessionalisering’. De geschikte mensen voor een korte scholing in basisinzichten over geneeskunde en verzorging zijn typisch oudere vrouwen die de rol van verzorger spelen in een dorp. Dat zijn echter dorpsmensen, vaak nog analfabeet, waar de gemiddelde ontwikkelingshelper geen contact mee heeft.  In realiteit zijn het eerder jonge mannen die snel een westers diploma willen behalen om geld te verdienen. Hier zal dat diploma dan dienen om beroepsmatig de kwakzalverij te gaan bedrijven, ondersteund door een prestigieus ‘Europees’ diploma. In Nederland is dit opleiden van gevaarlijke kwakzalvers in Afrika erkend als ‘goed doel’. Dit initiatief wordt mede gefinancierd door de Triodos bank, die er zich op beroemt “ethisch” en “duurzaam” te beleggen. Toen deze bank hierom van de Nederlandse Vereniging tegen de Kwakzalverij de ‘Meester Kackadoris’ kreeg uitgereikt (het equivalent van de Skeptische Put), antwoordde Triodos bank dat ze geen voorkeur had voor de ene of andere soort geneeskunde. Dat deze praktijken aantoonbaar mensenlevens kosten, was hen blijkbaar geen zorg. Waaruit mag worden besloten dat deze klimaatvriendelijke en duurzame bank denkt: “Whatever, het zijn toch maar negers”.

Luc Bonneux is arts-epidemioloog, geïnteresseerd in algemeen gezondheidsbeleid. Hij is auteur van En ze leefden nog lang en gezond. Hoe gezondheid een industrie werd. (2011)

 

Patiëntenvoorbeelden

Geknipt en geplakt uit www.homeopathieamsterdam.nl/site/files/patientenvoorbeelden.html, (nvdr: inmiddels niet meer online beschikbaar) zonder weglatingen of bijvoegingen. Deze praktijken worden gesteund en mede gefinancierd door de Triodos bank.

Hier vindt u een aantal geanonimiseerde voorbeelden uit mijn praktijk. De (laatste) drie voorbeelden komen uit Benin, West Afrika, waar ik mensen heb opgeleid voor Homeopaten zonder Grenzen (HZG).

Diarree

In het lokale ziekenhuis ligt een uitgemergelde man van ruim 50 helemaal verzwakt op bed; hij heeft al twee maanden diaree met krampen. Gedurende een aanval neemt hij een typische houding aan: staande pakt hij met uitgestrekte armen de rand van een tafel, hij brengt zijn bovenlijf in een hoek van 90 graden. Dit is een kenmerkende houding die bij Colocynthis past, één van de belangrijkste diarree middelen. Na twee keer een dosis Colocynthis C30 (de verdunning met 60 nullen) heeft hij dezelfde nacht voor het eerst in twee maanden geen diarree meer; de volgende dag verlaat hij te voet het ziekenhuis.

Hersenvliesontsteking (meningitis)

Een meisje van 8 jaar ligt na een hersenvliesontsteking al een maand in het lokale ziekenhuis omdat zij niet meer kan horen en praten. Reguliere medicatie kan haar niet verder helpen. Het meisje is heel wild en agressief.

Zij krijgt één keer per week Belladonna M, één van de belangrijkste medicijnen bij meningitis. 

De eerste korrel doet niets, na de tweede zegt het kind ‘Papa’, na de derde korrel één week later praat het meisje weer en na de vierde dosis is zij volledig hersteld en is ook de agressiviteit verdwenen. 

Coma na een auto-ongeluk

De dochter van vrienden van één van de cursisten lag na een auto-ongeluk al drie weken in coma in het universiteitsziekenhuis. De cursiste consulteerde mij en ik heb haar geadviseerd de patiënte afwisselend Arnica, Hypericum en Natrum sulfuricum te geven, middelen die bekend staan om hun werking bij hersenletsel. De jonge vrouw is uit haar coma ontwaakt zonder blijvend hersenletsel. Van de vijf andere inzittenden waren al vier overleden. De vijfde inzittende lag eveneens in coma; de cursiste kon de familie en de behandelend arts niet overtuigen om homeopathie een kans te geven. Deze comapatiënt is uiteindelijk ook overleden.