Alternatieve geneeswijzen

Afbeelding
placeholder

Dit is een tekst die Wim Betz schreef voor de krant "De Huisarts" en die verscheen onder de vorm van een tweespraak naast een even grote bijdrage door een homeopathisch arts.

Geplaatst onder
Deel artikel TwitterFacebookLinkedinWhatsapp

Alternatief is al wat onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de werking. Er wordt weer een nieuwe actie gelanceerd voor officiële erkenning van alternatieve geneeskunde. Wat wil men dan bekomen ? Artsen hebben toch therapeutische en diagnostische vrijheid, maar ook verantwoordelijkheid als ze hun patiënt schade berokkenen of de aangewezen behandeling onthouden.

Alternatieve artsen beweren dat de zieke moet beschermd worden en recht heeft op "goede kwaliteit". Ze willen zich graag distantiëren van de meer bizarre methoden en vragen daarom een officiële erkenning van hun vereniging of opleiding. Maar ook groepen van niet-artsen willen erkenning voor hun opleiding en vereniging. Er zijn honderden alternatieve behandelingen en er komen er nog dagelijks bij. Op basis van welke objectieve criteria gaan we ze toelaten en hoe maken we het onderscheid tussen een goede koffie-enema-therapeut en een slechte?

Krijgen we dan naast erkende opleidingen voor de zogenaamd "ernstige" methoden ook erkende diploma’s voor gebedsgenezers of voor afstandsdiagnose op foto, want die hebben toch ook tevreden patiënten? Mochten deze erkenningen er komen, is er gevaar dat de burger zal denken dat het dan wel erg goed moet zijn, want de staat heeft het toch erkend.

Andere groepen hebben als doel de registratie te verkrijgen voor de verkoop van hun "medicijnen". Voor medicatie zijn de Europese directieven duidelijk: er moet een stevig dossier ingediend worden dat de werking aantoont, dikwijls herhaald door onafhankelijke onderzoekers en met steeds dezelfde resultaten.

De homeopathie kreeg een uitzondering, ze moeten geen bewijs leveren maar mogen dan ook geen merknaam hebben en geen bijsluiter met indicaties, dit als logisch gevolg van hun eigen bewering dat er geen ziekten zijn, enkel zieke individu’s. Het argument dat methoden moeten erkend worden omdat een belangrijk deel van de bevolking er beroep op doet, houdt geen steek. Er zijn studies over het gebruik van echte oplichterij in de geneeskunde (bizarre apparaten, magnetische armbanden, enz..) en de gebruikscijfers liggen even hoog als die van alternatieve geneeswijzen. Moeten die dan ook erkend worden?

Een veel gebruikt argument is dat de patiënt vrij moet kunnen kiezen. De staat moet dit democratisch recht vrijwaren maar heeft ook de plicht de bevolking te behoeden tegen kwakzalverij en oplichterij. Hechten onze politici meer waarde aan electorale drijfveren en holle propagandaslogans dan aan wetenschap om zich populair te maken bij bepaalde groepen? Gaan we de erkenning laten steunen op wetenschappelijke evaluatie of gaan we voortaan met de pendel bepalen wat een goed medicijn is?

 

©De Huisarts
SN augustus / september 1997