Nederland schiet wakker door rapport Millecam: vernietigend oordeel over niet-reguliere gezondheidszorg in Nederland

29-05-2009

-

door verscheen in :
6 minuten
Leestijd:
Wie het onlangs verschenen rapport van de Nederlandse Inspectie voor de Gezondheidszorg over de dood van actrice Sylvia Millecam leest, zal met afgrijzen moeten vaststellen dat wanpraktijken in deze sector schering en inslag zijn.

Volgens sommigen overdrijven skeptici met hun kritiek op de zogenaamd alternatieve geneeswijzen. Het is toch allemaal onschuldig; baat het niet dan schaadt het niet? Velen aarzelen niet te spelen met het leven van kwetsbare, want wanhopige mensen.

Toen Sylvia Millecam in augustus 2001 op 45-jarige leeftijd overleed aan onbehandelde borstkanker, had zij er een lange lijdensweg opzitten. Het knobbeltje dat in september 1999 in haar rechterborst was vastgesteld, was in twee jaar tijd uitgegroeid tot een tumormassa die uitwendig doorliep tot aan de schouder en inwendig de hele rechterhelft van de borstholte in beslag nam. Ze had oedeem in armen en benen. De behandelende oncoloog in het hospitaal waar ze een paar dagen voor haar dood belandde, had nog nooit in zijn hele loopbaan zo’n beeld gezien. Bizar dat iemand in 2001 zo aan haar eind kan komen, zei hij. Naar aanleiding van berichten in de media dat Millecam zich onder meer had laten behandelen door ‘genezend medium’ Jomanda, die haar verzekerde dat er geen sprake was van kanker, besloot de Inspectie voor de Gezondheidszorg tot een onderzoek naar de zaak. Uit het daaruit resulterende rapport blijkt dat Millecam bij zeker 28 zorgverleners, waarvan een grote meerderheid uit de alternatieve sector, te rade ging. In haar onderzoek evalueert de Inspectie de manier van zorgverlening van alle 28. Ze gaat daarbij te werk vanuit het perspectief van de verantwoordelijkheid van de zorgverlener. Over de keuzes van Millecam wordt geen oordeel geveld, omwille van de keuzevrijheid van de patiënt. Op basis van dat onderzoek wordt afgeleid hoe het gesteld is met de veiligheid van de niet-reguliere gezondheidszorg bij onze Noorderburen.

De bevindingen van het rapport zijn ronduit onthutsend als het gaat over de alternatieve sector. De klassiek geschoolde artsen die Millecam een paar keer consulteerde, stelden haar een adequaat behandelingsaanbod voor, maar daar ging ze niet op in: ze verkoos uitsluitend niet-regulier. Van de meer dan 20 niet-reguliere genezers die zij opzocht, was er geen enkele die zijn of haar verantwoordelijkheid opnam en Millecam stante pede naar een oncoloog stuurde. Ofwel spraken ze de diagnose borstkanker tegen (de meerderheid, waaronder Jomanda), ofwel stelden ze haar via een kwakbehandeling genezing in het vooruitzicht. Zo verwees een arts voor natuurgeneeskunde haar door naar een alternatief kankerbehandelingscentrum in Zwitserland dat werkte met de Zoetron-therapie. Dat komt neer op een combinatie van ‘ontgifting en immuniteitsverbetering’ plus magneetveldtherapie: men laat via een machine een magneetveld ontstaan dat selectief kankercellen zou aantasten. Millecam verbleef er vijf weken in 2000. De kankerkliniek werd een tijd later gesloten door het gerecht wegens oplichterij. Patiënten telden er meer dan 14.000 euro neer voor een nepbehandeling. Bij een andere alternatieve genezer volgde Millecam zouttherapie: acht gram zout per dag zou de tumor doen verdwijnen. Tussendoor consulteerde ze een aantal helderzienden, die haar bezwoeren dat ze geen kanker had. Ze stelden dezelfde diagnose als Jomanda: het gezwel in haar borst was het gevolg van een bacteriële infectie, veroorzaakt door haar siliconenvullingen. Via electro-acupunctuurmetingen wist een andere alterneut haar te melden dat ze aan de beterhand was. Ondertussen groeide het gezwel en nam de pijn almaar toe. Pas vijf dagen voor haar overlijden riep een van haar niet-reguliere behandelaars de huisarts erbij, om hem de slechte boodschap aan Millecam te laten overbrengen dat ze stervende was. In het ziekenhuis, waar ze zei ‘misschien toch verkeerd gegokt’ te hebben, kon men niet meer doen dan haar nog palliatieve zorg verlenen. Ze stierf op 21 augustus 2001.

Millecam had een reële kans op overleven indien ze tijdig en juist behandeld was. Hoe is het mogelijk dat iemand die 28 zorgverleners bezoekt, toch sterft aan onbehandelde borstkanker? Dat was de grote vraag van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Het antwoord luidt vernietigend voor de alternatieve behandelaars. De huisarts heeft gedaan wat hij kon door haar te verwijzen naar een radioloog en een chirurg. Ook de chirurgen hebben gedaan wat ze konden om haar te overtuigen. Millecams keuze voor kwakzalverij was, aldus het rapport, in hoge mate beïnvloed door de verkeerde adviezen en ongefundeerde uitspraken van niet-reguliere genezers, in het bijzonder van Jomanda, in wie Millecam een groot vertrouwen stelde. Een zorgverlener moet adequate zorg en deugdelijke informatie verlenen, wat niet gebeurd is. De Inspectie noemt Jomanda’s handelen “levensgevaarlijk”. Haar diagnose wordt immers uitgesproken in een semi-religieuze sfeer als een onaantastbaar oordeel uit de ‘Goddelijke wereld’ die haar boodschappen doorstuurt. Jomanda kan voor een belangrijk deel verantwoordelijk worden gehouden in het geval-Millecam, want ze wist dat ze een grote invloed had op de actrice, aldus het rapport. Jomanda heeft Millecam misleid. De Inspectie heeft het verder over een sekteachtige atmosfeer binnen het alternatieve milieu. Geen van de niet-reguliere behandelaars rapporteerde aan de huisarts of vroeg medische informatie op bij vroegere of gelijktijdige, al dan niet reguliere, behandelaars. Waar klassieke artsen aan Millecam de ruimte gaven om daarnaast niet-regulier te gaan, stelden die laatsten niet-regulier voor als alleenzaligmakend. “Het is dan onzinnig om tegelijk een pleidooi te houden voor een betere samenwerking tussen alternatief en regulier en zich te beklagen over tegenwerking vanuit de reguliere kant. Al dan niet actief de weg afsnijden naar de behandeling die voor patiënte levensreddend was, geen of weinig moeite doen patiënte daar te krijgen waar de noodzakelijke behandeling voorhanden is en het achterwege laten van een van de meest elementaire vereisten (i.e. informatie-uitwisseling met overige behandelaars) zijn uitingen van slecht hulpverlenerschap”, oordeelt het rapport.

Jomanda zal nu, samen met een aantal van de niet-reguliere genezers, door de Inspectie voor de rechtbank gedaagd worden. De Inspectie pleit ook voor een aanpassing van de huidige Wet BIG (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg), omdat die niet genoeg bescherming biedt tegen wanpraktijken van kwakzalvers. Vroeger kende Nederland de Wet op de Uitoefening van de Geneeskunst, die het recht om medische diagnoses te stellen inperkte tot artsen. In 1995 werd die wet echter aangepast aan de tolerante praktijk. Gevolg: iedereen kan nu diagnoses stellen. Bestraffing kan alleen na aangetoonde wanpraktijken, die dan onder het algemeen strafrecht vallen. Voor artsen geldt een andere regeling: in geval van zware fouten worden zij uit het register van artsen geschreven. Ze kunnen daarna onbekommerd als niet-arts blijven verderwerken. De Inspectie heeft geen bezwaar tegen alternatief als additionele behandelingswijze, maar wil dat het stellen van een medische diagnose voorbehouden blijft aan artsen. Toezicht op het alternatieve veld, met een registratieplicht voor iedereen die aan gezondheidszorg doet, is noodzakelijk, stelt ze. Verder moet er gecontroleerd worden op gevaarlijke praktijken en mag niemand een behandeling stellen zonder voorafgaande reguliere diagnose. De zorgverlener moet verplicht worden om mee te werken aan de voor de patiënt best mogelijke behandeling en tot openheid van informatie ten opzichte van andere zorgverleners. De Inspectie pleit ook voor een overeenkomst met de patiënt met daarin diagnose en behandeling indien gekozen wordt voor een niet-reguliere therapie. Het strafrecht blijft hier als sluitstuk achter de hand. Zo blijft de keuzevrijheid van het individu overeind. En een laatste aansporing van de Inspectie: klassieke artsen zouden meer tijd en aandacht moeten besteden aan hun patiënten. Op dat vlak kan men wat leren van het alternatieve domein. In het geval van Millecam hebben de reguliere artsen nochtans heel wat tijd uitgetrokken om met haar te spreken, maar blijkbaar beviel de boodschap haar niet. De Nederlandse minister van volksgezondheid, Hans Hoogervorst, heeft naar aanleiding van het rapport alvast gesteld de wet zo snel mogelijk te willen aanscherpen om patiënten beter te kunnen beschermen tegen wanpraktijken van alternatieve genezers. Alleen artsen zullen in de toekomst nog medische diagnoses mogen stellen, als het van Hoogervorst afhangt.

Jomanda is intussen nauwelijks onder de indruk van de mogelijkheid dat ze voor de rechtbank moet verschijnen. Ze noemt de aanklacht (schriftelijk, want de ‘Goddelijke wereld’ heeft haar verboden te spreken gedurende zes maanden) ‘geestelijk arm’ en voelt zich niet medeverantwoordelijk voor het overlijden van Millecam. Ze heeft trouwens nog contact gehad met de actrice na haar dood. Die vertelde haar ‘dat het zo goed was’.

Het volledige rapport van de Inspectie voor Gezondheidszorg is hier te vinden (link ondertussen verbroken, 2012).

Door Griet Vandermassen filosofe en germaniste

Authors
Griet Vandermassen
Publicatiedatum
29-05-2009
Opgenomen in
Algemeen