28
apr
2022

Yuval Harari's Sapiens – Beeldverhaal 2 De pijlers van de beschaving – Verstrikt in de ontmaskering van mythevorming

Titel boek
Sapiens – Beeldverhaal 2
Ondertitel
De pijlers van de beschaving
28-04-2022

-

door
9 minuten
Leestijd:
In tegenstelling tot wat de titel en de kaft laten vermoeden gaat het tweede deel van de verstripping van Yuval Harari's Sapiens nauwelijks over de ontwikkeling van de eerste steden, staten en rijken, die traditioneel (maar ten onrechte) gezien worden als start of pijlers van 'de beschaving'. De gegeven feitelijke historische informatie is summier. Twee bladzijden met wat cijfermateriaal over Jericho, Çatalhöyük, Mesopotamië, Egypte, Qin-dynastie en het Romeinse rijk; drie bladzijden over vroege schrift- en cijfersystemen: de Quipu's (het koordensysteem van de Inca's), het spijkerschrift, hiërogliefen, het chinees schrift en het schrift van de Maya's.

Maatschappijkritiek doorheen de geschiedenis

Die beperkte historiek is voor Harari vooral een aanzet om zijn kritiek op een aantal maatschappelijke ontwikkelingen meermaals te vertellen, in verschillende formats (een toneelstuk, een strip in een strip, een interview van zichzelf, fictieve dagbladartikels). Daarbij springt hij vanuit zijn helikoptervisie voortdurend doorheen de tijd.

  • Schrift- en cijfersystemen waren volgens Harari nodig om grote hoeveelheden informatie te kunnen opslaan en grote samenlevingen mogelijk te maken. Maar die informatie moest ook gearchiveerd en ontsloten kunnen worden en dat leidde tot bureaucratie en hokjesdenken: “administrateurs en accountants denken nu eenmaal niet als mensen”.
  • De agrarische revolutie bracht domesticatie van dieren mee die werden getemd, gecastreerd, mishandeld en uitgebuit. Harari hekelt de hedendaagse industriële veeteelt en vooral de ongebreidelde kweek van kippen, varkens en koeien. Als overtuigd veganist richt hij uiteraard ook zijn pijlen op de “onnatuurlijke” melkproducten en de zuivelindustrie.
  • Het unieke menselijk vermogen tot creatie van imaginaire verhalen creëert de mythe van “het romantisch consumentisme” dat geluk belooft door “ervaringsmarkten” te creëren en mensen aan te zetten tot consumeren en ze verslaafd te maken aan apparaten. Dat vermogen tot fictie schept & legitimeert tevens imaginaire ordes, sociale hiërarchieën op basis van kaste, ras en geslacht die leiden tot discriminatie en onderdrukking.

Best sympathiek en grotendeels terecht. Bovendien inventief en leuk in beeld gebracht. Maar door de noodgedwongen selectiviteit en gebaldheid van een beeldverhaal vallen de tekortkomingen in de verhaalconstructie en vooral in het verklaringsmodel van Harari veel sterker op dan bij lectuur van zijn boek(en).

Waarom is het volgens Harari zo misgelopen en zijn die “onnatuurlijke” toestanden in stand gehouden? Kunnen ze nog veranderd worden en zo ja, hoe?
 

De valkuil van de agrarische revoluties

In navolging van het artikel “Worst Mistake in de History of the Human Race” van Jared Diamond (1987)1 ziet Harari de agrarische revoluties vooral als een valkuil waarin de mensen zijn ingetrapt.

Hij hanteert daarbij een simplistisch rechtlijnig ontwikkelingsmodel (en geen verklarend cultureel evolutiemodel) waarbij jager-verzamelaars onomkeerbaar en permanent overstappen op landbouw (met bevolkingsexplosie, hongersnoden, eenzijdige voedingsgewoonten, ziekten, stress), waarna bezitsdrang, geweld, ongelijkheid, slavernij, sociale differentiatie en hiërarchieën ontstaan en vervolgens grote steden, staten en rijken, belastingen, geld en oorlog. Terwijl de realiteit mondiaal gezien veel complexer en vooral veel gevarieerder was.2


Waarom zijn de mensen in de valkuil getrapt, ook al waren ze veel gelukkiger als jager-verzamelaars?

Omdat ze het niet inzagen, omdat het een traag proces was in kleine stappen, omdat ze door de bevolkingsexplosie niet meer terug konden en vooral door wat Harari “de ijzeren wet van de geschiedenis” noemt: deze van “de luxevalkuil”. Mensen vinden luxedingen uit die ze niet nodig hebben en worden er dan afhankelijk van. Niet de mens heeft landbouwgewassen gedomesticeerd, de tarwe heeft de mensen gedomesticeerd. Net zoals in het eerste deel gebruikt Harari hiervoor een Bijbelse metafoor en voert de duivel (zowaar uit Faust) op als grote manipulator die de al te begerige en hebzuchtige mensen in de valkuil lokt.


Sociale hiërarchieën ontstaan na de agrarische revoluties

In deel 2 behandelt Harari het kaste systeem, de slavernij en het patriarchaat.3 Deze zijn volgens hem wellicht door toevallige omstandigheden tot stand gekomen. Hij schetst enkele ontstaanstheorieën, maar geen daarvan vindt hij echt overtuigend. Alleszins zijn het culturele fenomenen die niet biologisch te verklaren vallen. Ze worden enkel in stand gehouden en gelegitimeerd als natuurlijk en onveranderlijk, door de imaginaire orde die Sapiens bedacht.


De imaginaire orde

Dat is een intersubjectieve realiteit, een gedeelde fantasie van de hele bevolking, opgebouwd uit mythen, dank zij het unieke vermogen van mensen tot constructie van fictieve verhalen.

Verhalen zijn nodig om tot samenwerking te komen. Ze moeten continu worden ingeprent, soms met geweld worden afgedwongen. Vooral moeten de mensen en zeker de elite geloven dat “de imaginaire orde echt is, dat het een objectieve realiteit is, ingesteld door machtige goden of natuurwetten”.
Dat Harari die valse legitimeringsconstructies ontmaskert is prima, maar zijn verklaringsmodel levert toch wat problemen op. Zo hanteert hij een strikte driedeling van de realiteit: objectief-natuurlijk, subjectief-persoonlijk en intersubjectief-cultureel. Die laatste stelt hij gelijk aan mythevorming & fictie. Alle culturele constructies zijn ficties en staan los van de objectieve realiteit zonder feedback daarvan. Met als resultaat dat hij mythen regelmatig overaccentueert en als drijvende historische krachten ziet. Zo werd volgens hem “De Franse revolutie ... aangejaagd door welvarende advocaten” en niet door voedseltekorten (die volgens hem al evenmin golden voor de meeste oorlogen en revoluties). Materiële, economische belangen, geografische en klimatologische omstandigheden komen bij Harari dan ook nauwelijks aan bod.


Naturalistische drogredenering

Door die starre driedeling (die uiteraard ook een fictieve constructie is) ziet Harari enkel de 'feitelijkheid' (universele natuurkundige en biologische wetten) als een veilige, zekere verklaringsgrond en basis voor beleidskeuzen. De aanwijzingen daarvoor zijn veelvuldig.

  • Niet toevallig kiest hij een geneticus (de fictieve prof Saraswati) als centraal hoofdpersonage voor het stripverhaal.
  • De cognitieve revolutie is volgens Harari het gevolg van één genetische mutatie, waarna nog eens een (fictieve) mutatie tot één soort pure Sapiens zou hebben geleid.
  • Herhaaldelijk betreurt hij dat mensen een instinct voor samenwerking in grote groepen missen; “Toen de landbouw kwam, waren er binnen een paar duizend jaar enorme koninkrijken. Te weinig tijd voor de evolutie van een nieuw instinct voor massale samenwerking.” Merk op dat Harari dus denkt dat – gegeven genoeg tijd – verworven eigenschappen tot genetische veranderingen en overerving kunnen leiden. Bovendien maakt hij hier een cirkelredenering – er zou eerst een heel lange tijd van samenwerking moeten geweest zijn die dan zou leiden tot het ontstaan van een instinct dat die samenwerking biologisch zou verankeren! Overigens heeft hij nog meer foutieve ideeën over evolutie – zo denkt hij dat giraffen hun lange nek kregen omdat ze graag acaciablaadjes hoog in de bomen aten.
  • Terecht wijst hij op de religieuze inspiratie van de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring van 1776 en de impliciete beperking daarin van 'gelijkheid' tot blanke mannen. Maar daarna gaat hij het legitimerende deel van die onafhankelijkheidsverklaring hertalen in biologische termen, met als resultaat “wij beschouwen deze waarheden als bevestigd door de beschikbare bewijzen: dat alle mensen verschillend zijn geëvolueerd, dat zij met zekere mutabele kenmerken zijn geboren, dat zich daaronder bevinden het leven en het nastreven van plezier”. Dat zou dan volgens hem een universeel, biologisch gefundeerd principe zijn.
  • In een uitgebreid onderdeel over het verschil tussen het biologische begrip 'sekse' en het culturele begrip 'gender' (en de mythische onnatuurlijkheid van homoseksualiteit aanklagend), stelt hij: “dingen die tegen de natuurwetten ingaan bestaan gewoon niet. Als iets wel bestaat, strookt het dus met de wetten der natuur.”, “Als je wilt weten wat biologisch bepaald is en wat mensen alleen maar proberen te rechtvaardigen met biologische mythen is er een simpele vuistregel... biologie maakt dingen mogelijk, cultuur verbiedt dingen”, “gedrag kan nooit onnatuurlijk zijn”, “Alles wat mogelijk is, is per definitie natuurlijk!”

Kortom, Harari trapt in de valkuil van de naturalistische drogredenering. Wat natuurlijk, biologisch is, is goed en wenselijk.
 

Wetenschappelijke grondslag

Volgens zijn hogergenoemde driedeling zou ook de wetenschap onder die imaginaire intersubjectiviteit moeten vallen en dus mythe en fictie zijn; temeer omdat hij herhaaldelijk wijst op de rol die wetenschap en religie hebben gespeeld bij het rechtvaardigen van de sociale hiërarchieën (denk maar aan de rassentheorieën). Maar de natuurkundige en biologische wetten die hij zo belangrijk en universeel acht zijn uiteraard het resultaat van wetenschappelijk onderzoek, waarop hij in zijn boeken trouwens expliciet pretendeert te steunen. Daarom noemt hij de legitimerende foute theorieën die hij aanklaagt ook geen wetenschap, maar (terecht) pseudowetenschap, zonder evenwel aan te geven waarop hij dat onderscheid baseert.

Bovendien gebruikt hij wetenschappelijke gegevens op zeer inconsistente wijze en interpreteert hij ze soms fout. Waar hij in het eerste beeldverhaal superieure intelligentie aan de Neanderthalers toedicht, spreekt hij nu terloops over de 'suffige' Neanderthalers. Blijft in het eerste deel de relatie tussen de verschillende mensensoorten en de reden van ondergang van sommige nog ambivalent, dan zegt hij in dit deel dat Sapiens de andere dieren en mensen heeft uitgeroeid. Soms stelt hij dat de mensen vóór de landbouwrevolutie miljoenen jaren evolueerden in groepjes van slechts 20-30 individuen, soms dat ze zich met duizenden verzamelden en elders dat Sapiens soms met honderden tegelijk optrokken tegen Neanderthalers (waarvoor bij mijn weten overigens geen enkel archeologisch bewijs bestaat).


Verandering

Harari is geen conservatief en geen determinist, hij klaagt maatschappelijke toestanden niet enkel aan, maar wil die ook veranderen. Daartoe wil hij duidelijk maken dat ze niet gebaseerd zijn op natuurwetten en ze dus kunnen vervangen worden door andere verhalen, want verhalen blijven voor hem nu eenmaal nodig.

Verandering kan volgens hem alleen maar door een complexe organisatie (politieke partij, ideologische beweging, religieuze sekte...), maar het kan niettemin vrij snel, fundamenteel en vreedzaam gebeuren, zoals het geval is met genderverhoudingen en ideeën over gender en seksualiteit in de moderne maatschappijen.4

Ook de andere discriminerende en onderdrukkende verhalen kunnen en moeten dus vervangen worden. Maar door welke dan wel ? Daarover is Harari veel minder duidelijk. Verder dan “je moet de juiste balans zien te vinden”, “vraag of er iemand gaat lijden door je verhaal“ en “de rest is aan jullie” komt hij jammer genoeg niet. Voor zingeving moet je niet bij Harari zijn. Vanuit zijn boeddhistische inspiratie stelt hij (in Lessen voor de 21e eeuw) “Volgens Boeddha heeft het leven geen zin en hoeven mensen niet aan zingeving te doen. Ze moeten gewoon beseffen dat er geen zin van het leven is en zo bevrijd raken van het leed dat we ervaren door onze gehechtheid aan en onze identificatie met lege fenomenen.”5


Sapiens, een beeldverhaal 2 is geen geschiedenisverhaal dat nieuwe verhelderende inzichten biedt in de factoren en processen die de ontwikkelingen van de mensheid bepalen (alhoewel het die illusie wil scheppen), maar is een vaak spitante en alleszins terechte kritiek op de discriminerende en onderdrukkende gevolgen van de ontstane sociale hiërarchieën. Het ondergraaft vooral de mythevorming als zouden deze hiërarchieën goddelijk of natuurlijk en vooral onveranderlijk zijn. Jammer genoeg gebruikt Harari daarbij zelf verschillende (in se zelfs overbodige) pseudowetenschappelijke mythen.

 

Yuval Noah Harari, David Vandermeulen, Daniel Casanave. Sapiens – Een Beeldverhaal 2 De pijlers van de beschaving. 2021, Thomas Rap.

1 Jared Diamond. Worst Mistake in de History of the Human Race. 1987, Discover. Een artikel van amper 4 blz. dat een grote impact had. Een uitgebreide kritiek geeft Jason Antrosio, Agriculture as “Worst Mistake in the History of the Human Race”, www.LivingAnthropologically.com, latest update 7 june 2020. In tegenstelling tot Harari heeft Diamond een deskundigheid op gebied van biofysiologie, evolutiebiologie, ornithologie, ecologie, geografie. Terwijl Harari zich eens grondig zou moeten informeren over evolutiebiologie.

2 Zie o.m. Peter Bellwood. First Migrants.Ancient Migration in Global Perspective. Wiley 2013 en de Human Relations Area Files (hraf.yale.edu).

3 Inzake slavernij vergist hij zich van tijdsperiode: hij geeft verklaringen voor de invoer van slaven in Amerika vanuit Afrika, terwijl het fenomeen van slavernij uiteraard veel ruimer verspreid en veel ouder is.

4 In zijn ijver om vrouwendiscriminatie aan te klagen negeert hij volledig de historische rol van vrouwen en laat na te wijzen op de onderbelichting van vrouwen in de traditionele geschiedschrijving. Historische feiten zijn bij hem blijkbaar ondergeschikt aan de mythevorming.

5 Veel zinniger is de evolutionaire benadering van Robert Cliquet & Dragana Avramov, Ethische keuzes voor de toekomst. 2019 Aspekt.

Authors
Rob De Vries
Publicatiedatum
28-04-2022